Goirkestraat 7

Deze fabrikantenvilla is in 1861 gebouwd voor wollenstoffenfabrikant B. J. van Dijk. De vrijstaande villa is een rijksmonument, gebouwd in een eclectische stijl.

Het pand wordt gedekt door een zadeldak tussen tuitgevels. Een voorgevel die door de symmetrie en de uniformiteit van de vensters rust uitstraalt, wit gestuukt met in het middenrisaliet  de voordeur en daarboven een balkon met een fraaie smeedijzeren hekwerk. De hoekpilasters zorgen samen met het middenrisaliet voor een verticale geleding. De benedenvensters zijn recht gesloten. Boven zijn de vensters getoogd. Weelderige, barokke kuiven bekronen de stuukwerkomlijsting van de negen T-vensters. Aan de bovenkant wordt de gevel beëindigd door een fries met kroonlijst. In de fries zien we twintig stenen voluten die de lijst opvallend ondersteunen.

Het interieur van het pand is nog grotendeels authentiek.  Zo bevinden zich op vier plaatsen in het huis nog rijk versierde marmeren schoorsteenmantels. Balthazar Josephus van Dijk (1804-1871) was directeur bij de firma Van Dijk & Mommers en mede-eigenaar van de firma Van Dijk & Zonen. De fabriek van Van Dijk had honderden werknemers in dienst, maar brandde af in 1870, één jaar voor zijn dood. Ook de andere fabriek werd voor dat jaar opgeheven. Van Dijk heeft maar negen jaar van zijn prachtige villa kunnen genieten.